Schon während des rasanten Ausbaus des Eisenbahnnetzes in den vierziger Jahren des 19. Jahrhunderts hatten vorausschauende Industrielle wie Reinhard Poensgen und Heinrich Rotscheidt einen Anschluss des Schleidener Tales an das Eisenbahnnetz gefordert, um die katastrophale Infrastruktur der Eifel zu verbessern. Dadurch sollten die Eisenhütten besseren Anschluss an die Absatzmärkte erhalten.
Mangelnde Unterstützung durch die Regierung und andere ungünstige Ereignisse wie Wirtschaftskrise und Krimkrieg schoben das Projekt immer wieder auf. Als die Bahn dann endlich 1884 als Nebengleis der Strecke Köln-Trier gebaut wurde, war es zu spät. Die Eisenindustrie hatte Gemünd bereits zwanzig Jahre zuvor verlassen.
Für den aufkommenden Tourismus erwies sich die Bahn als Glücksfall.
Station
During the rapid expansion of the railway network in the 1840’s, fore-sighted industrialists like Reinhard Poensgen and Heinrich Rotscheidt had already called for a connection from the Schleiden Valley to the main network to improve the lamentable infrastructure of the Eifel, and so provide better access to the markets for the ironworks.
Lack of support from the government, and other unfavourable factors such as the economic crisis and the Crimean War, kept delaying the project. By 1894, when the rail link was at last constructed as a branch line of the Cologne-Trier route, it was already too late: the iron industry had left Gemünd 20 years previously.
However, the current developing tourist trade is proving a bonus for the railway.
Station
Al tijdens de snelle uitbreiding van het spoorwegnet in de 40er jaren van de 19e eeuw, hadden de vooruitstrevende industriëlen Reinhard Poensgen en Heinrich Rotscheidt dringend om een verbinding naar het Schleidener dal gevraagd om iets aan de catastrofale infrastructuur van de Eifel te doen. Hierdoor zouden ook hun ijzersmelterijen betere bereikbaarheid van de belangrijke afzetmarkten krijgen.
Ontbrekende hulp van de regering van Pruisen en andere ongunstige gebeurtenissen zoals economische crisissen en de oorlog op de Krim stelden dit project steeds weer uit. Toen het spoor in 1884 eindelijk als zijspoor van de lijn Keulen-Trier werd aangelegd, was het te laat, want de ijzerindustrie was al 20 jaar eerder uit Gemünd verdwenen.
Voor het opkomende toerisme bleek de spoorverbinding echter wel een goede zaak.
Bahnhof – La Gare
Au cours du développement rapide d’un réseau ferroviaire dans les années 40 du 19ième siècle, des industriels prévoyants comme Reinhard Poensgen et Heinrich Rotscheidt avaient déjà réclamé un raccordement de la Vallée de Schleiden au réseau général pour améliorer l’infrastructure catastrophique de l’Eifel. De cette manière, les usines sidérurgiques devraient obtenir un meilleur accés au marché national.
A cause d’un manque de soutien de la part du gouvernement et à cause d’autres raisons défavorables comme la crise économique et la guerre sur la Crimie, ce projet était toujours remis. Lorsque le raccordement avec la ligne ferroviaire entre Cologne et Trèves a été réalisé en 1884, c’était trop tard. La sidérurgie avait déjà quitté Gemünd vingt ans avant.
Pour le tourisme, cependant, qui commençait à s’établir, l’arrivée du train était un coup de chance.
