1731 wurde für die Kapelle auf dem „Gassenhövel“ eine kleine Glocke (ca. 50 kg schwer) angeschafft. Kurz darauf durften die Dreiborner und Berescheider in der Kapelle getauft, getraut und auf dem benachbarten Kirchhof beerdigt werden. 1804 wurde die Kapelle von der Mutterkirche in Olef gelöst und zur eigenständigen Pfarrkirche von Dreiborn und Berescheid.
1868, am Feste des heiligen Wendelinus, dem 2. Pfarrpatron, wurden drei neue Glocken geweiht. Diese Glocken wurden keine 25 Jahre alt: Die Größte, die Totenglocke, wurde von einem vermögenden Junggesellen mit der Maßgabe gestiftet, dass diese auch bei „armen Begräbnissen“ läuten soll. Als man sich daran nicht hielt, sagte er, wenn die Glocke ertönte, „Ich wönschen du zerbääsch“ (Ich wünschte, du würdest zerspringen).
Als im Jahre 1882 der Glockenstuhl brannte, brachte die aufsteigende Hitze die Glocken zum Schwingen, und mit einem schrillen Ton fiel schließlich die Totenglocke herunter und zersprang. Der Wunsch des Stifters war in Erfüllung gegangen. Die alte Kirche auf dem „Gassenhövel“ wurde bald abgebrochen, den Turmstumpf ließ man als Friedhofskapelle stehen. Vor einigen Jahren wurde die Kapelle von einigen Dorfbewohnern saniert, und jedes Jahr werden hier Gefallenenehrungen durchgeführt.
In 1731 a little bell (about 50 kg) was bought for the chapel on the “Gassenhövel”. Shortly after the villagers from Dreiborn and Berescheid were allowed to get baptized and married there and to be buried on the churchyard closeby. In 1804 the chapel was removed from the parish church in Olef and became the independent parish church of Dreiborn and Berescheid.
In 1868 on the feast of St. Wendelinus, the second patron saint, three new bells were consecrated. These bells did not become 25 years old. The biggest, the knell, was donated by a wealthy bachelor with the proviso that it should also ring when poor people get buried. This condition being ignored, he said that he wished the bell to burst when it rings (“Ich wönschen du zerbääsch”).
When the bell cage burnt in 1882, the rising heat made the bells swing and with a shrill sound the knell fell to the ground and shattered. The wish of the donator was fulfilled. The old church on the “Gassenhövel” was soon demolished, the tower stump was left as a churchyard chapel. Some years ago the chapel was renovated by some villagers and every year honours of the soldiers who died in the wars are done there.
In 1731 werd voor de kapel aan de “Gassenhövel” een kleine klok (ca. 50 kg) aangeschaft. Kort daarna mochten de Dreiborners en Berescheiders in de kapel gedoopt, getrouwd en op het kerkhof ernaast begraven worden. In 1804 werd de kapel van de moederkerk in Olef gescheiden en ontstond er een zelfstandige parochie voor Dreiborn en Berescheid.
In het jaar 1868 op het feest van de tweede parochiepatroon “De Heilige Wendelinus” werden er drie nieuwe klokken geweid. Deze klokken werden geen 25 jaar oud! De grootste “De dodenklok” werd door een vermogende vrijgezel geschonken onder voorwaarde dat deze klok ook bij de begrafenis van de armen zou worden geluid. Indien men zich hier niet aan zou houden, zei hij, toen de klok luide “Ich wönschen du zerbääsch” (Dan wens ik dat hij kapot springt!).
Toen in 1882 de klokkenstoel van de klok in brand stond, bracht de stijgende hitte, de klok aan het slingeren. Met een schrille toon viel de klok uiteindelijk naar beneden en brak! De wens van de gulle gever was in vervulling gegaan. De oude kerk op de “Gassenhövel” werd al snel afgebroken. Een deel van de toren liet men als Kerkhofkapel staan. Enkele jaren geleden werd de kapel door enige dorpsbewoners gerestaureerd en sindsdien gedenkt men hier ieder jaar de gevallenen.